Nordic Walking Achter De Duinen

 

Ierse avonturen             Juli 2016

 

Zaterdag 16 juli

 

Op een overbevolkt Schiphol sluiten wij aan in een lange rij om afscheid te mogen nemen van onze bagage. Vervolgens haasten wij ons naar de gate. Na een voorspoedige vlucht blijkt bij de bagageband dat zes koffers het toestel niet hebben gehaald. Desondanks gaan wij welgemoed op weg naar ons hotel, gelegen nabij Dundalk in een lieflijk glooiend landschap.

 

Ballymasconlon House was lang de residentie van plaatselijke heren, maar het huidige gebouw is niet zo oud. Het dateert van begin vorige eeuw en werd later uitgebreid tot een hotel en golf-resort met een 18-hole golfbaan. De wapenspreuk van vorige bewoners, in reliëf aangebracht boven de voordeur, wordt daar nog dagelijks in praktijk gebracht: Festina Lente, haast u langzaam.

 

We maken kennis met Cliff, onze wandelgids, die ons meeneemt voor een kort rondje over de golfbaan met aan de rand de Proleek Dolmen, een variant op onze hunebedden.

 

Zondag 17 juli

 

De Engelse invloed op de Ierse cultuur is aanzienlijk. Dat is zichtbaar in de aankleding van het hotel, de stiff upper lip van de gerant en de samenstelling van het ontbijt. Het ontbijtbuffet biedt alle traditionele ingrediënten waarmee men een stevige bodem legt voor een inspannende dag. Dat niet elke Ier toekomt aan het daadwerkelijk verbruik van de ingenomen calorieën is af te zien aan de gemiddelde lichaamsomvang.

 

Voor onze eerste wandeling rijden wij per busje naar het Slieve Gullion Forrest Park. Cliff leidt ons door een sprookjesbos met kabouterhuisjes, elfenbankjes en reuzenmeubilair. Verderop is het  stevig klimmen naar een stenige top, 573 meter hoog, waar we als bonus in een grafkamer mogen kruipen. Dat bevalt maar kort. Zoveel mogelijk uit de wind verorberen we de sandwiches die in het hotel overvloedig zijn belegd. Tonijn-kaas-tomaat blijkt een smakelijke combinatie maar ook andere ongebruikelijke samenstellingen zijn goed binnen te houden. Na een tocht van 14,4 km stappen we in de bus voor de rit naar het hotel.

 

Na het diner per busje naar de pub in Dundalk. In The Jockeys komen vier bedaagde mannen binnen die flegmatiek hun instrument uitpakken en aan hun repertoire beginnen. Ze tokkelen, fluiten, doedelen en zingen hun nostalgische ballads. Als ze gewaar worden dat er Nederlanders in huis zijn, klinkt er een melancholiek lied over een Dutchman die iets heeft met een dame in Rotterdam en/of Amsterdam. De tekst is niet helemaal te volgen, maar aan de melodie kun je horen dat er geen happy end is.

 

Dan komt Anton op en zingt met begeleiding de sterren van de hemel. Gelukkig kunnen we het brok in onze keel snel wegspoelen. Een dame van zekere leeftijd neemt het over en zingt als een nachtegaal. Vervuld van weemoed worden we naar het hotel gereden.

 

Maandag 18 juli

 

De wandeling start bij het hotel en heeft het plaatsje Carlingford als doel. We lopen door heuvels die bedekt zijn met paarse en witte heide. We komen nauwelijks ‘n mens en maar af en toe wat schapen tegen. Onderweg bereikt ons het droevige bericht van het toch nog onverwachte overlijden van Yvonne Wegener. Spontaan wordt besloten tot een korte herdenking. Rond een kring van stenen leggen we onze stokken in een cirkel en daaromheen staan we hand in hand, ieder met zijn eigen herinneringen aan Yvonne.

 

Na een tocht van 17,3 km bereiken we Carlingford, een dorp van drie straten twee kasteelruïnes en een haventje. Op het terras van de pub die niet voor niets Taffees Castle heet, rusten we uit en lessen we onze dorst. Daarna brengt het busje ons terug naar het hotel waar ook de vermiste koffers inmiddels zijn nabezorgd.

 

Het diner in Ballymascanlon House is telkens overvloedig. Drie onbekrompen gangen van stevige kwaliteit en hoog soortelijk gewicht. De bediening is efficiënt en kordaat maar verbaast zich over ons verweer tegen het overvloedig toedienen van aardappels in diverse verschijningsvormen. Ieren bestaan bij de gratie van de aardappel en dat verklaart wellicht het feit dat velen van hen in gestalte de vorm hebben aangenomen van het product dat zij het meest tot zich nemen.

 

Dinsdag 19 juli

 

Per bus naar het centrum van Belfast. Een tocht per open dubbeldekker voert langs de belangrijke monumenten, het havengebied met het Titanicmuseum, de protestantse wijk rond Shankill Road, de “Peace Wall” en de katholieke wijk rond Falls Road. Overal murals ter herdenking van The Troubles die de stad drie decennia lang teisterden. Je ziet het, hier wonen karig bedeelden in nederige, soms armoedige optrekjes. De protestantse huisjes, gegroepeerd in hofjes en doodlopende straatjes, zijn versierd met vlaggenlinten die in het seizoen van de oranjemarsen een vrolijkheid suggereren waarvoor geen reden is. De zon schijnt overvloedig op een merkwaardige, rommelige stad met hier en daar een imposant gebouw in neostijl en op sommige plekken een sinistere sfeer. Na de oriëntatierit gaat ieder zijns weegs weegs om meer indrukken op te doen.

 

Het wordt gewoonte om na de maaltijd over het golfterrein te wandelen, van tee naar cup over rough, fairway en green, langs geniepige bunkers en verraderlijke waterpartijen. De ervaren golfers in het gezelschap leggen de finesses uit van afslag, putten, handicap en golfetiquette. Dat we niet denken dat zomaar ’n potje golf tot de mogelijkheden behoort.

 

Woensdag 20 juli

 

We rijden per busje naar Carlingford waar we maandag al finishten. Nu lopen we door de kasteelruïne en vervolgens over een pad langs de baai. Vroeger liep hier een spoorlijn en daarvan is later een voet- en fietspad gemaakt. Al gauw bereiken we het havenrestaurant. Dat is gesloten; geen koffie? Dan zien we dat er een busje staat van waaruit dranken en versnaperingen worden verkocht. De exploitant is net aan zijn tweede dag begonnen. Dat zal de reden zijn dat hij thee als koffie verkoopt, een variant op knollen voor citroenen. Ook komt er rook uit de magnetron. Het zal de nieuwigheid wel zijn. We hebben tijdens de wandeling steeds een wijds uitzicht over de baai waaruit af en toe ’n visje opspringt en waarin zich eenmaal een zeehond vertoont. Na de picknick aan het water komen we borden tegen die ons op café Rosa attenderen. In het gehucht Omeath hebben we deze uitspanning gauw gevonden. We bestellen iets te drinken, maar een kordate serveerster (of is het Rosa zelf?) meent dat wij onszelf tekort doen als we niet proeven van haar ongeëvenaarde homemade pie. Wie zich gewonnen geeft wordt niet teleurgesteld, maar moet zijn lot op de terugweg dragen. Ondertussen zijn aan het eind van de straat enkele stoomwalsen en een antieke brandweerauto aangekomen. Mooi om te zien en horen hoe alles sist, sputtert, fluttert en fluit. Als we teruglopen worden we door het rollend materieel, ook op we naar Carlingford, ingehaald. Aldaar nemen we in op de vaste stek, Taafes Castle. We hebben te voet 17,3 km afgelegd.

 

Donderdag 21 juli

 

Vandaag lopen we aan de noordkant van Carlingford Lough en bevinden we ons in het Verenigd Koninkrijk. Tornamrock en Rocky Mountain liggen in een uitloper van de Mourne Mountains. De heuvels zijn afwisselend begroeid met heide en forse naaldbomen. Het bos wordt per areaal gekapt en opnieuw bebost. Soms lopen we in open gebied door zompige beekbeddingen, dan weer over een breed pad in de schaduw van hoge stammen, soms over een paadje tussen weelderige varens. Tijdens de lunch in het bos valt er even wat regen, voor het eerst deze week. Als we onze weg vervolgen, is het alweer droog. Niet ver van Rostrevor, een plaatsje aan de baai dat einddoel is van de tocht, komt Elly ten val. Haar voet blijft steken in een met gras overwoekerd gat en voor ze het zelf beseft ligt ze languit in de modder. Vele handen helpen haar overeind en al spoedig blijkt dat ze behalve wat schrammen geen schade heeft opgelopen. Met schoon water, sterilon, wondspray en pleisters is Elly snel weer klaar voor het laatste traject dat ze zonder een klacht aflegt. Weer blijkt dat voor een gevallen vrouw nog toekomst is. We hebben 15,3 km afgelegd.

 

We eten niet in het hotel maar gaan met taxi’s naar Fitzpattrick’s, een populair restaurant buiten Dundalk. De ruimte is overvloedig gedecoreerd met antieke, folkloristische al dan niet huishoudelijke artikelen die wellicht ooit een functie hebben vervuld maar nu doelloos aan het plafond hangen. Ook buiten staat het vol met tafereeltjes opgebouwd uit alles wat de kraakwagen nog niet had meegenomen. Met al die gekleurde lichtjes ziet het er sprookjesachtig uit. Niet onbelangrijk: er kan heel behoorlijk gegeten worden. Omdat we in het hotel wat overvoerd zijn geraakt betrachten we terughoudendheid bij het bestellen van een voor- of nagerecht. Dat neemt niet weg dat we volledig verzadigd de terugtocht aanvaarden na een laatste blik op de natte droom van een dol geworden decorateur.

 

Wij zijn in de hotellounge nog bij elkaar om te drinken op de nagedachtenis en herinneringen aan Yvonne op te halen. Ieder van ons vertelt wat hem of haar van Yvonne het meest is bijgebleven en zo ontstaat het beeld van een persoonlijkheid die in haar omgeving iets betekende. Een indrukwekkend slot van de dag.

 

Vrijdag 22 juli

 

Per bus naar Dublin, Hotel The Morgan in Fleetstreet, midden in Temple Bar, het bruisend centrum van de stad. We besluiten om net als in Belfast te beginnen met een sightseeing-tour. Zo krijgen we een goed overzicht van wat Dublin heeft te bieden. De fabriek en de monumentale pakhuizen van Guinness beslaan een groot terrein. Vanaf het bovendek van de bus ziet het indrukwekkend uit. Sommigen stappen af bij Jameson Distillery waar het distillatieproces wordt ontsluierd. Achteraf blijkt het toch meer een toeristenfuik dan een basisinstructie waarmee je zelf aan de slag kunt, maar misschien is dat ook niet de bedoeling. Nadat iedereen zelf aan de zwerf is geweest, verzamelen we in een relatief rustige pub en vervolgens eten we in een restaurant dat vooral opvalt door zijn langwerpigheid. We besluiten de dag met een wandeling langs pubs waar het dreunt en stoomt, door straten waar groepjes wonderlijk uitgedoste jongeren hun puberale impulsen uitrazen. Haveloze zwervers wankelen met uitgebluste ogen naar hun met karton gestoffeerde vaste stek waar zij aan hun in alcohol gedrenkte wanhoop kunnen ontsnappen in een comateuze slaap.

 

Zaterdag 23 juli

 

Het hotel voorziet in een degelijk ontbijt als basis voor een laatste zwerftocht door Dublin. We ontruimen de kamers en stallen de bagage beneden. Sommigen nemen nog eens de citysightseeing, anderen wandelen door Trinitycollege of laten zich al shoppend meedrijven in de menigte die rond de shopping-malls als vloed opkomt. Om half drie zijn we allemaal weer aangespoeld bij The Morgan. Taxi’s brengen ons sneller dan gedacht naar de luchthaven en dan hoeven we ons alleen nog te voegen in het protocol dat ons zonder haperen naar Schiphol brengt. Het afscheid gaat snel en dan wordt het stil.

 

We denken terug aan een expeditie die, dankzij de inzet van Els en Edwin en de bereidwillige medewerking van de weergoden, zeer geslaagd kan worden genoemd.

 

Bert de Croon

 

Historische bijlage bij het reisverslag..

 

Hendrik VIII Tudor brak met de kerk van Rome omdat de paus niet wilde instemmen met de ontbinding van een huwelijk dat geen troonopvolger opleverde. De Engelse koning was voortaan hoofd van de Anglicaanse Kerk. Opvolgers uit het huis Stuart hadden katholieke neigingen. Jacobus II Stuart werd om die reden verjaagd. Onze goed calvinistische stadhouder Willem III werd uitgenodigd om het bewind over te nemen. Hij trouwde met Jacobus' dochter Mary Stuart en versloeg zijn gevluchte schoonvader in 1690 in The Battle Of The Boyne. Wij passeerden de rivier en het slagveld op weg naar Dublin. 

 

Sinds die tijd werden de katholieke Ieren overheerst door een protestantse Iers-Engelse elite die zich weinig gelegen liet liggen aan armoede en hongersnood van de verpauperde bevolking. Het streven naar afwerping van het Engelse juk culmineerde in de Paasopstand van 1916, die in 2016 wordt herdacht. Overal in het centrum van Belfast zagen we de portretten van opstandelingen die door de Britten werden geëxecuteerd. 

 

In 1921 werd Ierland een vrijstaat, maar het noorden, met een grote protestantse bevolkingsgroep, bleef Brits. De katholieken streefden naar eenwording van Ierland, maar de protestanten klampten zich vast aan de unie met het Verenigd Koninkrijk. De protestantse unionisten marcheren jaarlijks door de straten van Belfast getooid met oranje sjerpen die refereren aan de nederlaag van de katholieken tegen Willem III van Oranje. 

 

In de laatste drie decennia van de vorige eeuw woedde tussen katholieken en protestanten een burgeroorlog "The Troubles" die in 1998 bij het sluiten van het Goede Vrijdagaccoord werd beëindigd. Nog altijd herinneren talrijke muurschilderingen aan de "martelaren". Ook de "Wall of Peace" tussen Shankill Road (prot) en Falls Road (kath) staat nog overeind. Je weet maar nooit.